Number One in Modesty!
Het heeft een hele tijd geduurd voor ik er achter kwam, want ik was me er gewoon niet van bewust, het was gewoon een tweede natuur voor mij.
Als ik met een groep was, en we gingen ergens naartoe, dan was ik altijd de laatste die de naar binnenging en mijn jas ophing, de anderen gingen allemaal voor. Ik stelde me tevreden met het plaatsje aan tafel dat over was gebleven, of schoof voor mezelf een stoel bij. Het gebakje waar uiteindelijk niemand voor gekozen had, dat was voor mij. En, ik moet zeggen, het smaakte goed, lekker, verrukkelijk. Zeker zo goed als een van die andere taartjes.
In relaties was het net zo. Als de ander het maar naar zijn zin had, dan was het voor mij al goed.
Het zou me niet eens opgevallen zijn, als iemand me op een gegeven moment niet gevraagd had: en, vertel eens, waar ben jij nou goed in? Ik had geen idee. Ergens goed in zijn? Het was gewoon nooit bij me opgekomen.
Toch bleef die vraag in me rondzingen en na verloop van tijd begon het een beetje bij me te knagen. Toen realiseerde ik me, dat ik mijn hele leven eigenlijk enorm bescheiden geweest was. Dat ik er nooit op uit was geweest de aandacht op mezelf te vestigen, dat ik anderen altijd voorang gegeven had boven mezelf. Opeens werd het me duidelijk. Het was alsof de bliksem insloeg. Bescheidenheid? Maar… dat was het!! Dàt was het waar ik mijn hele leven ontzettend goed in geweest was! Eindelijk was ik in staat mijn eigen kwaliteit te onderkennen. Ik was zo opgelucht.
Ik was goed in bescheidenheid. Wat zeg ik? Om niet weer in de valkuil van een al te grote bescheidenheid te vallen moest ik mezelf haast dwingen om me duidelijker uit te drukken: ik was een Meester in Bescheidenheid! Ik voelde hoe het bloed door mijn aderen begon te stromen, te kloppen, te kolken, en hoe de cellen van mijn lichaam openbarstten in het glorieuze licht van de erkenning waar ik mijn hele leven op gewacht had.