Een Stap Vooruit
Slechts even de tijd hebben en dat toch meer dan genoeg laten zijn. Met de toverstaf van het nu in het rondzwaaien, alles aanraken, alles innerlijk aanraken, tot leven wekken, mezelf wakker kussen. Geen vrees meer hebben door niet meer vast te houden aan het kleine zelf.
Ik was boos geworden. Eerlijk, het voelde als een bevrijding, als waarheid in actie. Mijn lijf zinderde, ik zat rechtop op mijn paard in mijzelf. Fier, ontdaan van achterbaksheid.
De volgende dag als de weeromstuit kwam de twijfel, het oordeel. Mag hij zichzelf in die mateloosheid aan de wereld geven. Kunnen zij dat aan. Waar in hem komt dit vandaan. Kan hij nog van zichzelf houden. Kunnen zij nog van hem houden. Daar staat hij weer aan de rand van de groep.
Open the backspace now. Open je rug naar de boom, de muur, kijk met je rug-ogen diep in de nacht van het verleden, daar waar de levens van allen voor ons zich bevinden, de goden, hun daden, hun wijsheid, alles wat ooit gezegd en geleefd is. Verbind je met dat alles, doe een stap voorwaarts en blijf innerlijk verbonden met het veel grotere terwijl je spreekt vanuit die plek.
Ik kan niet voor de anderen zorgdragen. Als ik in mijn daden de goedkeuring van anderen probeer in te bakken kom ik tot niets, komt het tot niets. Om mijn eigen stroom te volgen moet ik bereid zijn tegen die van hen in te gaan, tegen de stroom in mij die wil dat ik denk vanuit hen. Ik vertrouw mijzelf mijn weg te zullen vinden en de anderen vertrouw ik ook. Ik vertrouw dat de anderen hun weg ermee zullen vinden.
Mijn boosheid bestaat uit het achterhouden van mijzelf. Omdat ik mijzelf in waarheid geef hoef ik niet meer boos te zijn.