De Koningin van Leegte

De Koningin van Leegte

Hallo geheime vriend! Nu weer even alleen tussen ons gezegd en gezwegen, en dan vooral: gezwegen. Vooral dat wat tussen de woorden en dat wat niet gezegd. De woorden als enkel het staketsel, het skelet, en dat wat niet gezegd als de ruimte daartussen: het vlees en de organen. De zachte gedeelten vullen we zelf in. Het één is enkel aanleiding en houvast voor het ander. Dat wat niet gezegd is heeft de zoetste melodie. De gast die niet is gekomen brengt altijd de zoetste gift. Die van ruimte, vrijheid, dat wat je zelf in mag vullen.

Gisteren liep ik door een groot veld van bloemen, kleine lichtblauwe bloemetjes bij de beek. En zo talrijk. Er was een heel leger bijen drukdoende om één en ander bevrucht te krijgen. Althans, dat zou een oppervlakkige analyse van de situatie kunnen zijn. Zij worden natuurlijk gedreven door de zucht naar honing. De geur ervan, gecombineerd met hun verlangen, maakt hen waanzinnig. Zij moeten van bloem naar bloem, naar bloem, bloem in bloem uit, en tussendoor gunnen ze zichzelf geen tijd.
Zij zijn niet alleen, zij zijn met velen, zij maken deel uit van een groter lichaam. In hun enkelheid zijn zij enkel woorden, of delen van zinnen, deel van een grotere gedachte. De structuur die groter is dan henzelf, is wat hen stuk voor stuk betekenis geeft. Natuurlijk is er hiërarchie. Zoals in elke stroom van gedachten is er een koningin. De werkwoorden vliegen zich in het zweet om de belangrijkste gedachte, de majesteit, over het voetlicht te brengen. De majesteit is eigenlijk een heel gewoon woord, die een speciale voeding krijgt van de andere, een speciale plek in de zin inneemt, en zo speciaal wordt. Zij is dus speciaal door de anderen, niet door een kwaliteit die ze van binnenuit bezit, zij is het speciale dat de anderen op haar geprojecteerd hebben, zij is het speciale van de anderen.

Haar kwaliteit, als ze die al heeft, is, dat ze in zichzelf zo leeg is, dat ze ruimte heeft voor de kwaliteiten van de anderen. En de anderen? Ja, die zijn ook leeg, want het speciale van de anderen bevindt zich ergens buiten hen in de vorm van de koningin.
Zij zoemen samen, hun gegons vertegenwoordigt een gezamenlijk bewustzijn. Wij zijn ook van die dieren, wij komen ook in zwermen voor. Wij geven ook enkelen van ons een speciale positie zodat zij het bijzondere van ons en voor ons dragen, vertegenwoordigen.

In ons hoofd gaat het zwermgewijs met gedachten. Je kan het horen zoemen!
Alles kan vruchtbaar gemaakt worden. Oude geschriften zwellen op tot vlees en bloed dankzij de nectar van aandacht, de saliva van onze concentratie. Oude geschriften zwellen op, worden vlees en bloed en wandelen weg in hun eigen waarheid. Ze spreken erover hoe ze oud DNA weer tot leven kunnen brengen. Wat dan te denken van oude woorden? Hele vriesgekoelde planeten, die op jou hebben liggen wachten, kunnen tot leven gebracht worden door de enkelvoudige kracht van je aandacht, zwellen op als balonnen krijgen een dampkring, continenten, oceanen, worden bewoond door de schepeselen die je zelf leven hebt ingeblazen.

Ik hoorde je huilen met je mondvol. Bijna had ik mijn pantoffel weer gepakt en je geslagen. Weet je dan niet dat alles vruchtbaar is? Alles! Ja én Nee! Nee soms zelfs zoveel vruchtbaarder dan ja. Ja is overal, maar Nee, daar moet je lang voor zoeken. Het moet een echte vriend zijn die je nee durft te verkopen. Nu krijg je nee, het kostbaartse van alle geschenken en nog blijf je mokken als een kind.
Nee.
Degene die niet komt, niets meebrengt. Het is zo’n gift. Zij of hij geeft ruimte mee, of laat een leegte achter die je zelf in mag vullen. Een oceaan aan mogelijkheden een melkweg aan inspiratie.
Een leegte die achtergelaten wordt, is als een schip op zee! De ware koningin is leeg van zelf zodat ze vol kan raken van de speciaalheid van de anderen.

Reis over de wereld en ga op zoek naar die plekken. Woestijnen zijn oases door het simpele feit van hun leegte. Wij snakken ernaar als bijen naar de honing. Voel hoe het je hart doet kloppen in vrijheid en opwinding. Leegte is het goud, het alpha en omega, de bron en de vervulling.

Ik ga er terug vandaag, beslist. Naar het veld van de bloemen en het zoemen. Ik wil een foto maken van een bij of van het idee van zwerm. Het idee van met velen iets dat veel groter.
Het geluid van diegenen die er niet zijn, die stilte. Zij horen erbij. Hun afwezigheid vertegenwoordigt iets, ruimte, verlangen. In hun leegte zoemt het. In hun leegte wordt een koningin geboren. Iets vliegt naar niets.
Want iets is grote vriend van niets.
Leven houdt van dood, hemel draagt vogel, spaart vogel in haar midden. Het ontbreken van hemel, dat is wat vogel maakt. Waar hemel zichzelf uitspaart, terugtrekt, daar is vogel. Waar stilte zich terugtrekt, daar zingt vogel.
Waar ik zwijg, daar zingen jullie!