Prins van Mogelijkheden revisited
Hij heeft een hart als een bloem, een hoofd als de wind en voeten als van een gazelle. Lichtvoetiger gaande en was er niet. Hij werd, hij is, hij wordt steeds opnieuw in elke stap geboren.
Kijk hij gaat weliswaar op weg, hij heeft een verlangen. Uit te vinden, te begrijpen, te ondergaan, te proeven, maar hij weet niet wat hij zoekt.
Andere helden weten wat zij zoeken, maar de Prins van Mogelijkheden weet dat niet. Als de Prins al een probleem zou hebben dan zou dat het zijn. Waarom onderweg te gaan als alle mogelijkheden zich openen als evenzovele bloemen, vrouwen, hongerige monden? Hij gaat, niet gedreven, niet met een doel, maar louter en alleen omdat gaan één van de mogelijkheden is. Waarom niet?
Hij, de Prins, met zijn buikje, grijs aan de slapen, een bos haar alsof hij jong is, een conditie alsof hij oud is en een wijsheid alsof hij tijdloos is, is niet op zoek. Nee, daar onthult zich de wijsheid en de schat van wie de Prins van Mogelijkheden is: hij vindt. Hij is vinder van nature. Alles is interessant, alles is aantrekkelijk. Het begin van de tocht is al gelijk het eindpunt en, natuurlijk ook weer, het nieuwe begin. De Prins van Mogelijkheden. Zijn oog is glinsterend van sterren, zijn gestalte is lang, slank en behendig, zijn haar, waait met de wind, ravenzwart, lang. De Prins, ach de prins, hij is zo aantrekkelijk, met name voor hemzelf. De Prins van Mogelijkheden is de realisatie van de droom die hij eerst was. Hij is het vleesgeworden resultaat van zijn eigen verlangen.